Raad van State - 172.822 - 27-06-2007

Samenvatting

Het is evident dat deze proportionaliteitstoets is geschied binnen het kader van één van de zes in artikel 8, tweede lid van het E.V.R.M. opgesomde legitieme doelen. Het loutere feit dat in de bestreden beslissing niet wordt gespecifieerd om welk van de zes legitieme doelen het zou gaan, neemt niet weg dat de verzoekende partij weet, of dient te weten, dat de bestreden beslissing door de minister van Binnenlandse Zaken is uitgevaardigd binnen het kader van hetzij "'s lands veiligheid", hetzij "de openbare veiligheid", hetzij "het economisch welzijn van het land", hetzij "de bescherming van de openbare orde en het voorkomen van strafbare feiten", hetzij "de bescherming van de gezondheid of de goede zeden", hetzij " de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen".