Raad van State - 149.873 - 6-10-2005

Samenvatting

De verzoekende partij en haar echtgenote hebben er zelf voor gekozen hun tweede asielaanvraag in een ander land in te dienen dan hun eerste asielaanvraag. Zij hebben ook onmiddellijk gewezen op hun eerste asielaanvraag zodat zij op dat ogenblik perfect een terugname door de asielinstaties van land Y konden verwachten. Het voorgehouden nadeel wordt derhalve veroorzaakt door de eigen handelwijze van de verzoekende partijen en niet door de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing.