Laagste leeftijd medische tests NBM geldt

Bij twijfel over de effectieve minderjarigheid van een persoon die zegt dat hij minderjarig is, beveelt Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) of de dienst Voogdij een medisch onderzoek. Dat medisch onderzoek bestaat uit drie radiografieën en levert een resultaat op met een zekere foutenmarge. Zo kan uit een medische test bijvoorbeeld blijken dat iemand 18 jaar is met een marge van 2 jaar waardoor de leeftijd van de betrokkene tussen 16 en 20 ligt. Artikel 7, §3 van titel XIII, hoofdstuk VI: Voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen van de Programmawet van 24 december 2002 (hierna: Voogdijwet NBM) bepaalt dat er, bij twijfel, rekening gehouden moet worden met de jongste leeftijd.

De Raad van State bevestigt in het arrest van 9 juni 2015 dat artikel 7, §3 van de Voogdijwet NBM moet toegepast worden.

Feiten
DVZ twijfelde aan de minderjarigheid van een jonge Congolese asielzoekster en beval een medisch onderzoek. Die medische tests leverden drie resultaten op, telkens met een verschillende foutenmarge. Twee van de drie resultaten konden niet uitsluiten dat de vrouw minderjarig was, mits toepassing van de foutenmarge. Uit een van de tests bleek dat zij tussen 14,5 en 19,5 jaar oud was en uit een tweede test bleek dat zij tussen 17,9 en 22,1 jaar oud was. De derde test gaf, ook met de foutenmarge, een leeftijd boven 18 aan.

Toch bepaalde de arts, zonder rekening te houden met de foutenmarge, dat de vrouw meerderjarig was. DVZ volgde de arts, en hield verder evenmin rekening met de foutenmarge. Hierdoor kreeg de jonge asielzoekster plots geen bijstand meer van een voogd.

Beslissing Raad van State
De Raad van State stelt een incoherentie vast tussen de zekerheid van de arts over de meerderjarigheid van de jonge vrouw, en de foutenmarge die uit de tests blijkt en die een onzekerheid over de leeftijd met zich meebrengt.

De Raad van State beslist dat de wet moet toegepast worden. Artikel 7, §3 van de Voogdijwet NBM stelt dat bij twijfel over de leeftijd rekening gehouden moet worden met de jongste leeftijd. In dit geval moet dus rekening gehouden worden met de leeftijd van 14,5 jaar. De betrokkene is dus minderjarig en heeft recht op begeleiding van een voogd.